Animatie dure geneesmiddelen

MUZIEK

(Titels animeren in)
Monopolie fabrikanten en hoge uitgaven aan dure geneesmiddelen door de jaren heen

Er zijn veel dure geneesmiddelen voor ziekenhuisbehandelingen op de markt. 
Vaak betalen we lange tijd veel geld voor deze geneesmiddelen. 

Hoe dat komt? 
Fabrikanten van nieuwe geneesmiddelen hebben soms wel tot 18 jaar lang een monopoliepositie. 
Dit betekent dat zij al die jaren hele hoge prijzen kunnen vragen.
Zodra er een alternatief geneesmiddel verkocht mag worden, ontstaat er concurrentie. 
Dan verdwijnt de monopoliepositie van de fabrikant.
 De prijzen dalen dan flink, soms wel met 99%.
 
Hoe dat eruit ziet? 
Laten we de geneesmiddelen lenalidomide, adalimumab en etanercept als voorbeelden nemen.

Voorbeeld 1: lenalidomide
Dit geneesmiddel wordt gebruikt bij kankerbehandelingen.

In 2021 staat lenalidomide op plek 2 in de top 10 van dure geneesmiddelen. 
Voor dit geneesmiddel betalen we in 2021 in totaal 142 miljoen euro. 
Dat is gemiddeld ~40.000 euro per patiënt per jaar. 
De fabrikant heeft in totaal 15 jaar een monopoliepositie. 

In 2022 ontstaat er concurrentie en vervalt het monopolie. 
Het geneesmiddel daalt in 2023 naar plek 139. 

Voor lenalidomide betalen we in 2023 2,2 miljoen euro. 
Dat is gemiddeld nog maar ~460 euro per patiënt per jaar: een prijsdaling van 99%. 

Voorbeeld 2: adalimumab
Dit geneesmiddel wordt onder andere gebruikt bij reuma.

In 2017 staat adalimumab op plek 1 in de top 10 van dure geneesmiddelen. 
Voor dit geneesmiddel betalen we in 2017 in totaal 216 miljoen euro. 
Dat is gemiddeld ~10.400 euro per patiënt per jaar. 
De fabrikant heeft dan al 13 jaar een monopoliepositie. 

In 2018 ontstaat er concurrentie en vervalt het monopolie. 
Het geneesmiddel daalt in 2023 naar plek 16. 

Voor adalimumab betalen we in 2023 51 miljoen euro. 
Dat is gemiddeld nog maar ~1.300 euro per patiënt per jaar: een prijsdaling van 88%. 

Voorbeeld 3: etanercept
Ook dit geneesmiddel wordt onder andere gebruikt bij reuma. 

In 2015 staat etanercept op plek 3 in de top 10 van dure geneesmiddelen. 
Voor dit geneesmiddel betalen we in 2015 in totaal 149 miljoen euro. 
Dat is gemiddeld ~10.100 euro per patiënt per jaar. 
De fabrikant heeft dan al 15 jaar een monopoliepositie. 

In 2016 ontstaat er concurrentie en vervalt het monopolie. 
Het geneesmiddel daalt in 2023 naar plek 33. 

Voor etanercept betalen we in 2023 22 miljoen euro. 
Dat is gemiddeld nog maar ~1.500 euro per patiënt per jaar: een prijsdaling van 85%. 

Als NZa maken we ons zorgen over de stijgende kosten van geneesmiddelen bij ziekenhuisbehandelingen. 

We vinden het daarom belangrijk dat we met elkaar het debat voeren over deze lange periodes dat fabrikanten een monopoliepositie hebben. 

Daardoor kunnen zij namelijk lange tijd een hoge prijs vragen voor hun geneesmiddel. 
Soms duurt die monopoliefase wel 18 jaar. 

Dit is een belangrijke oorzaak van de stijgende uitgaven aan dure geneesmiddelen bij ziekenhuisbehandelingen. 

Hebben de fabrikanten niet eigenlijk al eerder de investeringen terugverdiend? 

Concurrentie verlaagt de prijzen en uitgaven aan dure geneesmiddelen. 

Daarom is het belangrijk dat de overheid:
1. niet langer dan nodig concurrentiebescherming biedt aan fabrikanten, en
2. maatregelen treft om tijdens de monopoliefase te hoge uitgaven te voorkomen.

Wil je meer weten over de uitgaven aan 7 dure geneesmiddelen? En hoe die, door de komst van concurrentie, veranderen door de tijd? 
Lees onze rapportage ‘Van patent tot concurrentie: het gebruik van en de uitgaven aan zeven dure geneesmiddelen bij ziekenhuisbehandelingen door de jaren heen in Nederland’.