Programma MAUG: samenwerking NZa, ACM en Zorginstituut Nederland
Iedereen die in Nederland woont of werkt, betaalt mee aan de zorg uit het basispakket. Dit gaat deels via de zorgpremie en deels via belastingen. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), de Autoriteit Consument en Markt (ACM) en het Zorginstituut Nederland (ZIN) willen dat het beschikbare zorgbudget zo passend mogelijk wordt uitgeven. Daarom werken wij samen aan een advies over hoe we tot maatschappelijk aanvaardbare uitgaven aan en prijzen van geneesmiddelen kunnen komen.
Veel dure en onzekere medicijnen: wat is maatschappelijk aanvaardbaar?
Veel nieuwe medicijnen zijn heel erg duur, terwijl het vaak onzeker is hoe goed ze werken, voor wie ze werken en hoe lang ze werken. Daarom is het belangrijk dat objectief wordt beoordeeld wat de meerwaarde is van nieuwe medicijnen. Dat wil zeggen de gezondheidswinst voor de samenleving. Want je kunt elke euro maar één keer uitgeven.
Wat is het programma MAUG?
Werken de medicijnen zo goed dat we ons gezamenlijke geld eraan willen uitgeven? Is de prijs van de fabrikant ‘maatschappelijk aanvaardbaar’ en in verhouding tot wat het oplevert? Dit zijn de vragen waar we met het programma maatschappelijk aanvaardbare uitgaven geneesmiddelen (MAUG) antwoord op willen geven. Binnen MAUG:
werken we aan een kader om te bepalen wat een maatschappelijk aanvaardbare prijs is voor een medicijn. We verkennen samen welke aanvullende elementen mede bepalen welke prijs we als maatschappij willen betalen;
zoeken we naar manieren om de concurrentie tussen fabrikanten te stimuleren.
Het programma MAUG wil een kader creëren voor het bepalen van een maatschappelijk aanvaardbare prijs voor een medicijn. Tot op heden kijken we onder meer naar de ernst van de ziekte en de verhouding tussen de kosten en effecten van een medicijn en stellen op basis daarvan vast of de prijs acceptabel is. In het nog op te stellen kader zoeken we naar meer mogelijkheden om vast te stellen of uitgaven aan geneesmiddelen en prijzen van geneesmiddelen passend zijn.
In het kader verkennen we welke elementen nog meer een rol kunnen spelen om tot een maatschappelijk aanvaardbare prijs te komen. Dat kunnen bijvoorbeeld nieuwe aspecten zijn in bestaande elementen, zoals onzekerheid over effectiviteit, maar kunnen ook nieuwe elementen zijn die te maken hebben met solidariteit, redelijkheid van prijs of het competitieve landschap.
In het programma MAUG zoeken de NZa, ACM en ZIN naar oplossingen om de concurrentie tussen fabrikanten te stimuleren. Het programma richt zich op medicijnen, waarvoor geen of beperkt concurrentie is en waarbij sprake is van hoge prijzen. Gezonde concurrentie in de geneesmiddelensector draagt bij aan eerlijke en rechtvaardige prijzen voor patiënten, is goed voor de betaalbaarheid van de zorg, en geeft fabrikanten een prikkel om te blijven innoveren.
Strategisch gedrag van fabrikanten kan effectieve concurrentie voorkomen. Als fabrikanten misbruik maken van een economische machtspositie, bijvoorbeeld door het vragen van excessieve prijzen of strategisch gedrag om toetreding van concurrenten te belemmeren, is dat nadelig voor patiënten en verzekerden. Dit leidt ertoe dat de maatschappij te lang onnodig hoge prijzen betaalt.
De gezamenlijke aanpak van deze overheidspartijen leidt tot synergie van krachten en het versterken van elkaars taken. Het doel van het programma MAUG is om uiterlijk 2025 een advies op te leveren aan het ministerie van VWS. Het advies bevat hoe we tot maatschappelijk aanvaardbare uitgaven aan en prijzen van geneesmiddelen kunnen komen. Zodat deze geneesmiddelen ook in de toekomst van goede kwaliteit, betaalbaar en toegankelijk blijven.
De NZa zet zich als regelgever en toezichthouder in voor toegankelijke en betaalbare zorg voor alle inwoners van Nederland. Nu en in de toekomst. Daarbij staat passende zorg centraal. Dat is zorg die van waarde is voor de gezondheid en het functioneren van het individu.
ZIN is samensteller van het basispakket van de zorgverzekering en werkt aan goede verzekerde zorg voor iedereen in Nederland. Die toegankelijk en betaalbaar is, nu en in de toekomst. Het Zorginstituut beoordeelt onder andere of nieuwe medicijnen in aanmerking komen voor vergoeding uit het basispakket. Hierin vergelijken ze het medicijn met bestaande zorg uit het basispakket.
De ACM laat markten goed werken voor mensen en bedrijven, nu en in de toekomst. Eerlijke concurrentie in de geneesmiddelensector draagt bij aan de beschikbaarheid en betaalbaarheid van medicijnen voor patiënten en geeft fabrikanten een prikkel om te blijven innoveren. De ACM ziet erop toe dat partijen die actief zijn in de geneesmiddelensector zich houden aan de concurrentieregels.
Betrokkenheid van experts, patiënten en burgers
Wat maatschappelijk aanvaardbaar is, verzinnen we niet alleen. Om tot een nieuw kader te komen doorlopen de overheidspartijen een gezamenlijk en zorgvuldig traject waarin experts (behandelaren, patiënten, economen), maar ook de burgers in brede zin worden betrokken. Ook spreken we met stakeholders, zoals ziekenhuizen, zorgverzekeraars en de farmaceutische industrie.
Dure geneesmiddelen nemen een steeds grotere hap uit het zorgbudget
In het Integraal Zorgakkoord is afgesproken dat de jaarlijkse groei van het ziekenhuisbudget tot stilstand moet komen in 2026. Als het aandeel medicijnkosten blijft stijgen, wordt het budget steeds krapper dat ziekenhuizen kunnen besteden aan andere goede ziekenhuiszorg. Tot eind 2025 worden 174 nieuwe medicijnen en 112 bestaande medicijnen voor een nieuwe indicatie mogelijk toegelaten tot de Europese markt.
In 2023 gaven we in Nederland in totaal € 8,1 miljard uit aan alle medicijnen.
Dat is 14,8% van het basispakket van de zorgverzekering. De werkelijke uitgaven liggen hoger, maar er is geen inzicht in de medicatiekosten die onderdeel zijn van een diagnose-behandelcombinatie (dbc).
Daarnaast zijn er nog medicatiekosten in de langdurige zorg.
Hiervan geven we € 5,3 miljard uit aan medicijnen die op recept kunnen worden opgehaald bij de apotheek.
Dat noemen we extramurale medicijnen. Ongeveer € 1,6 miljard zijn kosten voor de apotheek voor het verstrekken van de medicijnen. De jaarlijkse gemiddelde groei van deze medicijnkosten is 2% sinds 2015.
Daarnaast geven we € 2,8 miljard uit aan dure medicijnen die los van de dbc worden betaald.
Dat noemen we add-on medicijnen. De jaarlijkse gemiddelde groei van deze medicijnkosten is 5% sinds 2015.
Het aandeel van medicijnkosten in het ziekenhuisbudget wordt elk jaar groter.
In 2015 besteedden ziekenhuizen 8,6% van het budget aan add-on medicijnen. Dat is gestegen naar 9,7% in 2023.